
Over PKN
Plantensociologisch onderzoek en kennis bevorderen in Nederland en omstreken
De Plantensociologische Kring Nederland (PKN) heeft het bevorderen van plantensociologisch onderzoek tot doel ten behoeve van het natuurbeheer en het vergroten van vegetatiekundige kennis in Nederland en omstreken. Het idee voor de oprichting van deze stichting is van Victor Westhoff en Joop Schaminée, tijdens een excursie naar de Kennemerduinen in 1989. Het doel wordt langs twee wegen bediend, enerzijds door het organiseren van excursies en anderzijds door de uitgave van het tijdschrift Stratiotes. Daarnaast wordt elke vijf jaar een symposium georganiseerd. Tijdens de excursies, die worden geleid door deskundige leden, komen uiteenlopende onderwerpen aan bod, waarbij het ecologisch voorkomen van soorten in de vegetatie echter altijd centraal staat.
De eerste ‘Ten geleide’ in Stratiotes
In het bijzonder bleek dat op tientallen excursies, die in het kader van dat project plaatsvonden.Op grond van deze ervaringen achtten wij de tijd gekomen, deze samenwerking een vastere vorm te geven. Onze bedoeling is: enerzijds het jaarlijks organiseren van een aantal excursies in natuurgebieden van Nederland en Vlaanderen, anderzijds het uitgeven van een tijdschrift, waarin de leden hun (plantensociologische) ervaringen kunnen uitdragen. De Kring bestaat uit personen die zelf. plantensociologisch onderzoek in de ruimste zin van het woord verrichten of hebben verricht. Dit betreft dus geenszins alleen syntaxonomie, maar ook structuuronderzoek fenologisch onderzoek, successie- onderzoek, ecohydrologisch onderzoek en oecologisch onderzoek aan soorten met een plantensociologische vraagstelling, vegetatiekartering, enz.
Onder dit voorbehoud komt iedereen in aanmerking, zowel biologen en geografen, als niet-academici en amateurs; men denke daarbij vooral ook aan reservaatbeheerders en andere functionarissen werkzaam in natuurbehoud en natuurbeheer In het afgelopen seizoen heeft onze Kring 25 excursies gehouden. Van de geplande excursies konden er slechts twee (Kootwijkerveen en Texel) geen doorgang vinden. Met enkele uitzonderingen – waarover nader – hebben de excursies geheel aan de verwachtingen voldaan. Bij intekening was gevraagd om voorkeur kenbaar te maken, zodat het optimale (dus vooral niet te grote) aantal deelnemers zonder “duwen en trekken” kon worden bereikt. De excursieleiders zij veel dank verschuldigd voor de moeite die zij zich voor organisatie en leiding hebben getroost” Dankzij de goede voorbereiding en de levendige discussies te velde hebben de excursies wezenlijk bijgedragen, zowel tot kennis en inzicht van de deelnemers als tot de verstandhouding tussen de leden.